3 mei 2024
Cocreation
Na vele jaren als zelfstandig kunstenaar gewerkt te hebben op vele plekken, voor vele organisaties en mensen, kom ik nu in een fase waarin ik opnieuw het gezelschap van anderen opzoek om te cocreëren. Het is al even aan de gang. Ik maak graag deel uit van een team van gelijkgestemden. Niets heerlijker om helemaal vanuit je eigen passie te mogen verbinden met anderen die dat ook doen, mensen die uitreiken. Wat uit dat soort van samenwerkingen ontstaat is vaak iets dat meer is dan de som der delen. Op die manier bekeken is synergie verreweg het beste wat er is. Als een orgasme, maar dan langer.
Ook in De Broeikas verkennen we het thema cocreatie. Heel veel mensen vinden het fijn om samen te werken met anderen en toch is de éne samenwerking de andere niet. Wanneer leidt een samenwerking tot synergie en wanneer doet ze dat niet? Welke vaardigheden zijn er nodig om synergie te laten ontstaan? Met welke mensen heb je dan samen te werken en met welke mensen zeer zeker niet? Wat doe je wanneer een samenwerking niet is wat ze zou moeten zijn? Wanneer verlaat je een gezelschap? Wanneer blijf je? Waartoe blijf je? En hoe weet je wat je te doen staat? Wat is de betekenis van de twijfel? Is het je intuïtie die vecht met je gezond verstand? Of zijn het je angsten die het winnen van je diepere weten?
Heel vaak cocreëer ik kunst en verhalen met jongeren. Terwijl zij vertellend antwoorden op mijn vragen, teken ik hun woorden, zinnen en beelden neer en doe ik iets met voor- en achtergrond. Ik schik en herschik hun zinnen tot een verhaal dat verteld wil worden. Dat is in essentie mijn werk als scribe. Een scribe is iemand die tekenend aanwezig is wanneer mensen sprekend op verhaal komen.
Mijn job als scribe startte in 2019, na een sabbatical, waarbij ik zelf de tijd nam mijn eigen proces te documenteren en merkte: tiens, dit werkt. Nu, meer dan 5 jaar en honderden tekeningen later, voel ik dat ik niet meer dezelfde persoon ben als toen. Ik veranderde. Want: al die verhalen, al die zinnen, al die woorden, ik schreef ze neer. Verhalen van kinderen en jongeren, verhalen van volwassenen, verhalen van ouderen. Moeilijke verhalen, dappere verhalen, mooie verhalen, ontroerende verhalen, verdrietige verhalen, boze verhalen, magische verhalen. Getuige mogen zijn van zoveel authenticiteit en echtheid. Wàt een geluk.
En ineens bedenk ik: wanneer je de woorden van anderen niet alleen hoort of ziet maar ze ook neerschrijft, dan gaan die woorden van je zintuigen via je hersenen naar de motorneuronen van je handen die het schrijven bewerkstelligen. Je trekt die woorden dus helemaal door je neuronaal systeem: biologisch, mentaal, emotioneel en spiritueel. All the way. Onveranderd is onmogelijk.
De cocreaties met jongeren resulteren heel vaak in een tekening, soms ook een leporello, geregeld in een gezamenlijk maaksel en af en toe eens in een vrij kunstwerk. Cocreëren met anderen ontsluit wijsheid die anders verborgen blijft. Wat vandaag naar boven komt zijn de kiemen die konden ontstaan uit de wortels van gisteren en langer geleden. Omdat de tijd er nu rijp voor blijkt te zijn. Een idee komt naar boven, wordt zichtbaar, je grijpt het vast en zet het neer. Het 'idee' als entiteit op zich, de mens als tolk. Degene die de ideeën uit de kosmos 'plukt' en in een bloemenvaas zet.
Wanneer een verhaal opgetekend wordt -het verhaal van een mens, een organisme of een organisatie- dan gaat dat verhaal echt bestaan. Bestaansrecht zet zich in beeld. Het verhaal wordt zichtbaar voor anderen. Samen kijken we naar hetzelfde beeld. De neuzen in dezelfde richting. What you see, is what you get.
De voorbije 6 jaar realiseerde ik als kunstenaar talrijke cocreaties door in gesprek te gaan met mensen, voor hen te tekenen, samen met hen een kunstwerk te creëren. Vele mensen waren dat. Ik ben inmiddels de tel kwijt. Al die verhalen gingen door me. Via mijn brein, hart en handen, zette ik ze in de wereld. Ook in De Broeikas cocreëerde ik gedurende 8 jaar lang samen met bestuurders, cowerkers, huurders, klanten en leden. Elk van die mensen legde een stuk van zijn of haar verhaal bij me neer. Ik luisterde, stelde vragen, probeerde te begrijpen wat hen hier bracht én wat ze nodig hadden. Vaak begreep ik hen. Soms ook niet. Vraagtekens en uitroeptekens. Lost in translation.
Het voelt alsof ik iets te doen heb met die verhalen. Ik denk dat ze de wereld in moeten, maar ik weet nog niet goed in welke vorm. Ze kunnen er gaan bestaan als beelden, kunstwerken, tekeningen en schetsen. Ze kunnen er gaan bestaan als verhalen, liederen, voordrachten en lezingen. Ze kunnen er gaan bestaan als muziek, als zang, als muziek en composities. Misschien worden het wel weefsels, opgebouwd uit een veelheid van cellen en organellen.
En wat staat mij dan te doen? Ben ik de regisseur, de acteur, de muzikant of de performer? Misschien ben ik wel de poppenspeler, de wever, de vlechter? Of een gestoorde mix van al die rollen samen? Mogelijks ben ik gewoon de schrijver, de maker van het boek, de illustrator, of misschien ook wel niets van dat alles?
Of wie weet ben ik gewoon de moeder, het kind, de dochter, de vriendin, de verloren soulmate, de nieuwe soulmate, de vrouw, de mens, het stoffelijke, het spirituele? Wie zal het zeggen? Misschien jij wel, wanneer we de tijd hebben om lang en langzaam te filosoferen over dit alles, en alle andere dingen die voorbijgaan en onze levens kleuren.
Elke maand trek ik me een week terug in mijn atelier. Ik druk me uit. Letterlijk en figuurlijk. Wil je weten wat er in mijn atelier gebeurt, meld je dan aan via de link hierboven en word deel van het verhaal.